“Simpel”

 

Ik schrik van de knal tegen de buitendeur. Henk komt binnen. Ik hoor zijn karretje over de drempel komen en een paar tellen later de buitendeur met een grote klap weer dichtvallen. Henk schuifelt langs mijn openstaande kamerdeur. Eerst zie ik het karretje met vers gebakken gevulde koeken en daarna verschijnt Henk zelf.

Henk is een grote kerel die door zijn kyfose echter wat kleiner oogt. Hij is een jaar of 50 en woont sinds zijn 12e jaar al bij onze stichting. Het huis waar hij nu in woont heet De Tjalk en ligt op het terrein van de instelling. Familie heeft hij niet meer.

Ik wacht tot hij me kan zien zitten. Hij kijkt met een schuin hoofd mijn kamer in en krijgt een brede grijns op zijn gezicht als hij me herkent. In plaats van dat hij mij een gevulde koek probeert aan te smeren, zegt hij: “Geen pijn meer dokter!”

De afgelopen weken gaat het elke woensdag zo. Ik grijns terug en zeg “Mooi zo!”

Maar ondertussen voel ik ook wat knagen.

Henk is een jaar of drie geleden voor het eerst met rugpijn bij de dokter gekomen. Na aanhoudende klachten is er uiteindelijk een foto gemaakt van zijn rug waarop inderdaad slijtage was te zien die de pijn zou kunnen veroorzaken. Ondanks pijnstilling werd de pijn niet echt minder tot grote frustratie van diverse collega AVG’s, orthopeden en neurologen. Als ik in zijn dossier de episode ‘lage rugpijn’ aanklik volgt een schier eindeloze lijst van doktersbezoeken en consulten bij allerlei specialisten en zelfs de uitslagen van twee MRI’s.

Een aantal maanden geleden kwam ik Henk tegen op de gang van De Tjalk terwijl hij op weg was naar zijn eigen kamer. De medische zorg over De Tjalk had ik niet al te lang daarvoor overgenomen van een collega. Ik had haast want ik was uiteraard weer te laat voor een overleg over een huisgenoot van Henk.

“Dokter, kom eens kijken wat ik heb!”, zei Henk met een twinkeling in zijn ogen. Zonder te wachten op mijn antwoord liep hij zijn kamer in. Omdat ik toch al te laat was, kon ik net zo goed nog even kijken naar wat Henk zo graag aan mij wilde laten zien. Dus liep ik achter hem aan.

Henk stond al trots naast zijn prikbord. Hij wees naar een foto met een handtekening erop. “Kijk eens! Frans!”

Ik zag een gesigneerde foto van Frans Bauer hangen. “Was het leuk?” vroeg ik. “Ja heel leuk en hij was heel aardig!”

“Wat stoer!”, zei ik “ Maar nu moet ik snel weer door want ik ben al te laat”

“Dag dokter”, antwoordt Henk.

Toen ik me omdraaide om de kamer uit te lopen zag ik in een flits het niet opgemaakte bed van Henk. De lakens en dekens ontbraken. Waarschijnlijk was het bed net die ochtend afgehaald om ‘s middags weer schoon opgemaakt te worden.

Op het bed lag een matras met een diepe kuil in het midden…

En ik realiseerde mij op hetzelfde moment dat ik wel eens een simpele verklaring gevonden zou kunnen hebben voor de rugklachten van Henk.

 

 

De naam van de patiënt is gefingeerd

Eerder gepubliceerd op mednet 13 juni 2013


 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *