Naar de markt en op het pleintje
Pieter, zijn ouders, de gedragsdeskundige en de persoonlijk begeleider van Pieter zitten al aan tafel. Pieter is best gespannen. Hij zit tussen zijn ouders in. Pieter is een boom van een kerel. Pieter heeft autisme. Dat weet ik al uit de voorbereidingen die ik gekregen heb. Hij kijkt mij aan, als ik binnen kom, en schreeuwt “Ik wil geen dokter!”.
Als ik ben gaan zitten en wat koffie heb gekregen en het gesprek op gang komt ontspant Pieter weer wat ,denk ik te zien. Ik vraag hem waarom hij geen dokter wil. Hij zegt; “Ik wil geen prik, dokters zijn stom”. Pieter kan soms erg onrustig worden. Vroeger is er wel eens een dokter geweest die hem een flinke prik in zijn billen heeft gegeven om rustig te worden. Gelukkig gebeurt dat al een hele tijd niet meer. Begeleiding gaat namelijk naar “de markt” met hem als hij onrustig is, vertelt de gedragsdeskundige. Dan wordt hij rustig na een minuut of tien vertelt de begeleider. Ik denk; “wat een mooie manier om rustig te worden, gewoon naar de markt gaan, daar is vast veel te zien en dan raakt hij afgeleid en wordt weer rustig”
Jantien zit in een rolstoel. Ze lijkt niet geïnteresseerd in de aanwezigen. Het enige waar ze naar zit te kijken zijn de koekjes die rondgaan. Tijdens het consult wordt mij verteld dat Jantien regelmatig onrustig is. Vooral als ze een hele dag op de dagbesteding is geweest. Dan moet ze wachten op het eten. Ze gaat dan met haar rolstoel tegen andere aanrijden of dingen omverrijden. De begeleidster vertelt dat ze dan altijd even op het pleintje mag spelen. Daar kan ze haar gang gaan en kan niet tegen andere aanrijden. Ik denk; “ Wat fijn dat ze een pleintje heeft waar ze kan spelen en ze even rustig kan worden”
Dus dat dacht ik beide keren. Bij nog iets meer navragen over “naar de markt gaan” en “spelen op het plein” bleek het toch net anders te zitten. Het bleek namelijk dat bij “naar de markt gaan” Pieter door twee begeleiders wordt vastgepakt. Beide aan 1 kant van hem. De begeleiders grijpen zijn handen vast terwijl ze hun armen achter zijn ellebogen door doen. Zo kunnen ze met hun eigen ellebogen zijn ellebogen in hun zij drukken. Zo kan Pieter geen kant op. Het blijkt dus een vorm van fixatie.
En “het pleintje” blijken houten balken te zijn 20 centimeter hoog en van 2 bij 2 meter lang waarbinnen Jantien met de rolstoel wordt gezet. Zo kan ze niet verder dan de balken en moet dus wel op die 4 vierkante meter blijven. Ook een vorm van vrijheidsbeperking.
Hoe een vriendelijke omschrijving dus iets anders verbergt….